Speltaktekens

 

 

 

Speltaktekens zijn officieel in 1973 ingevoerd nadat de vier oude padvind(st)ers-verenigingen gefuseerd waren tot Scouting Nederland.

Toch kende men al eerder insignes die een bepaalde speltak aangeven.

Na 1920, toen bij de ”Vereeniging de Nederlandsche Padvinders” een nieuwe speltak (de welpen, 7 t/m 11 jaar) werd opgericht, hadden de verkenners een metalen lelie op de voorkant van de hoed.         

 

De welpen, die in de rimboe speelden, kregen een vilten wolvenkop boven de klep van de pet.

De voortrekkers (18 t/m 21 jaar), die kort daarna begonnen, hadden voor op hun hoed een metalen insigne met de letters V-T. 

Bij de zeeverkenners droegen de welpen hetzelfde uniform als bij de landverkenners, dus ook een wolvenkop op hun pet.

 

 

De verkenners hadden om hun hoofddeksel (tok) een donkerblauw lint met daarop in  gouden letters “ZEEVERKENNER”.

Bij de loodsen (18 t/m 21 jaar) stond er in gouden letters ”LOODS” op.

Dit was eveneens het geval bij de Katholieke Verkenners.

 

Het Nederlands Padvindsters Gilde kende geen aparte insignes ter herkenning van de speltak.

Hier waren de speltakken, behalve aan het uniform, te herkennen aan het installatie-insigne:

 

 

 

Kabouters

 

Padvindsters

 

Pioniers

 

Ook bij de Nederlandse Gidsen was het onderscheid tussen de verschillende speltakken, afgezien van het uniform, alleen te zien aan het installatie-insigne.

 

Kabouters

 

Gidsen

 

Pioniersters

 

 

 

 

Voor 1959

 

Na 1959

 

Voor 1959

 

Na 1959

 

 

 

Na de fusie kwam er voor iedere speltak een insigne dat aangeeft bij welke speltak hij of zij behoort. Dit insigne (speltakteken) wordt tzij hoor5degafbij welke  PivoEowangedragen op de uniformblouse op de linker borstzak.

 

 

 

 

 

Kabouters

 

Welpen

 

Padvindsters/

Gidsen

 

Verkenners

 

Waterscouts

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Luchtscouts

 

Rowans/Sherpa’s

 

Pivo’s

 

 

Bevers

 

 

In 1985 kwam er een nieuwe speltak bij, voor zowel meisjes als jongens van 5 t/m 7 jaar, de “bevers”.

Zij spelen in “Huize Hotsjitonia”.

 

Omdat bij veel groepen zowel meisjes als jongens in één speltak zaten werd er in 1991 voor de leeftijdsgroep 7 t/m 10 jaar een gemengde speltak in het leven geroepen: de “esta’s”.

 

Om dezelfde reden werden padvindsters/gidsen en verkenners “scouts” en gingen rowans, sherpa’s en matrozen ter wilde vaart verder door het leven als “explorers”. De naam pivo’s werd tenslotte veranderd in “jongerentak”.

 

Esta’s

Scouts

 

 

 

 

Dolfijnen

 

 

Voor jongens en meisjes van 7 t/m 10 jaar bij de landgroepen waren er kabouters, welpen en later esta’s, maar er was nog geen specifiek spel voor deze leeftijdsgroep binnen het waterwerk. In 2001 zijn daarom de “dolfijnen” als vierde speleenheid voor deze leeftijdsgroep gestart.

 

Nadat de V.V.S. (Vrienden van Scouting) zich in 2004 aangesloten hadden bij Scouting Nederland, kwam er een speltak “plusscouts”. Hieronder vallen, naast de oud-scouts, ook de “Interessestammen” en alle andere leden van Scouting  van 22 jaar en ouder, die niet als leiding aan een speltak of groep zijn verbonden.

 

 

 

 

Plus-scouts

 

 

 

 

Na de spelvernieuwing in 2010 zijn de speltakken Kabouters, Esta’s en Dolfijnen opgeheven. Voor de overige vijf speltaken zijn er nieuwe speltaktekens gekomen.

 

 

 

 

 

 

Bevers

Welpen

Scouts

Explorers

Roverscouts

(5 – 7 jaar)

(7 – 10 jaar)

(10 – 14 jaar)

(14 – 17 jaar)

(17 – 21 jaar)

 


Het museum is altijd geïnteresseerd in "oude" scouting materialen.
Denk je er over om je oude spullen weg te doen,  neem dan s.v.p. contact op.