Groepsnaambandjes

 

 

 

Doordat plaatselijke troepen meer contact kregen met troepen uit andere plaatsen werd het moeilijk om de troepen uit elkaar te houden. Plaatselijk was het geen probleem, omdat in één plaats geen twee troepen met de zelfde daskleur waren, kon men de troepen gemakkelijk uit elkaar houden.

Echter in plaats A kon evenals in plaats B een troep voorkomen met een rode das en dat kon dan problemen opleveren.

 

Om dit op te lossen heeft men eind 1913 gekozen voor een katoenen kaki bandje van 8 á 10 cm lang, waarop in zwart de letters N.P,O. stond met daaronder b.v. Amsterdam 10e Troep. Dit bandje werd op de linker mouw gedragen net onder de schoudernaad. Tot op heden is dit nog steeds de plaats van het naambandje.

 

 

Langzamerhand kregen de troepen behalve een nummer ook een naam, die natuurlijk ook op het naambandje werd gezet.

 

 

 

 

Na 1915, toen de NPO en de NPB gefuseerd waren tot de NPV, kwam na het troepnummer N.P.V. afd.  (naam van de plaatselijke afdeling). Na 1920 toen de Welpen en de Voortrekkers er bij kwamen werd “troep” in “groep” veranderd.

 

 

 

Nadat er Districten ingevoerd werden kwam afd. te vervallen en bleef alleen de naam van de plaats over, met eventueel een groepsnummer.

 

De PVN (1932-1937) had onder het bandje met de troepnaam een bandje met PVN afd. ………

 

 

In de jaren vijftig kwam er wat variatie in het lettertype en de kleur van de letters.

 

 

Bij de KV werden aanvankelijk ook kaki bandjes, later grijsachtige bandjes met meestal zwarte letters gedragen, met alleen de groepsnaam en de plaats van vestiging van de groep.

 

 

Zeeverkenners droegen donkerblauwe bandjes met meestal wit opschrift.

 

 

 

In tegenstelling tot de jongens die eerst de naam van de groep vermeldden en daaronder de afdeling, droegen de meisjes aparte bandjes met de afdelingsnaam boven het bandjes met de groepsnaam. Tot 1933 N.M.G. afd. ……., daarna N.P.G. afd. ……

 

De padvindsters en pioniers droegen donkerblauwe bandjes met witte letters .

 

 

Door de kabouters werden bruine bandjes met donkerbruine letters gedragen.

  

 

De meisjes van de NGB droegen evenals de meisjes van de NPG donkerblauwe bandjes met alleen de naam van de groep en de plaatsnaam.

 

Na de fusie van de vier verenigingen in 1973 is men over gegaan op nylon naambandjes, terwijl het nu ook mogelijk is om het logo van Scouting Nederland op de bandjes te plaatsen.

 

Naast groepsnaambandjes zijn er nog allerlei andere naambandjes uitgegeven, o.a bandjes voor jubilea, activiteiten, districten, enzovoorts.


Het museum is altijd geďnteresseerd in "oude" scouting materialen.
Denk je er over om je oude spullen weg te doen,  neem dan s.v.p. contact op.